Spring naar inhoud

Grietje Vaartjes-Haakmeester - 45 jaar lang zorg, vriendschap en verbondenheid

​Grietje Vaartjes-Haakmeester | Verzorgende

Op haar achttiende begon ze als verzorgingsassistent in opleiding. Wat volgde, was een indrukwekkende loopbaan van 45 jaar in de zorg – grotendeels in Nijenstede, waar ze na haar diplomering direct aan de slag ging. “Ik heb het hier altijd naar mijn zin gehad. Waarom zou ik weggaan?”

​Eén grote familie

Wat Grietje Vaartjes-Haakmeester (63) altijd dreef? De mensen. De sfeer. “In het oude Nijstede was het één grote club. We waren allemaal jonge meiden, werkten samen, lunchten samen, gingen naar elkaars bruiloften. Het voelde als een familie.” Die hechte band bleef bestaan, zelfs buiten werktijd. “We gingen met z’n allen op vakantie, met kinderen en al. Nu vieren we nog steeds samen de verjaardagen en maken fietstochten. De groep is nog steeds hecht.” Grietje woont in Wanneperveen, fietst al jaren naar haar werk. “Maar in de winter of bij late diensten pak ik de fiets niet meer.” Nachtdiensten deed ze vroeger ook. “Vanaf 55 hoefde het niet meer, maar ik vond het nooit vervelend om te doen. Juist ’s nachts heb je tijd om achterstallige taken bij te werken.”

Samen

Ze heeft de zorg zien veranderen. “Vroeger was het eenvoudiger. Een kopje koffie hier, een kousje daar. Nu is de zorg veel zwaarder en complexer.” Toch wil ze het beeld van ‘zwaar’ nuanceren. “Vroeger, als de lift kapot was, moesten we bewoners op een stoel met vier man de trap op tillen. Dat was zwaar. Collega’s zeggen nu ook wel: het is zwaar. Soms belt iedereen tegelijk, en dan is het druk. Maar daarna kun je ook weer even rustig koffie drinken.” Ze benadrukt het belang van samenwerken: Ze ziet dat de bereidheid om bij te springen nog steeds leeft, ook bij jongere collega’s. “Als iedereen af en toe wat extra doet, dan kom je er samen uit.”

Andere tijd

Grietje deelt graag de mooie herinneringen: toneelstukken met collega’s, sporttoernooien, bowlen, wandeltochten. “We deden alles samen. Onze mannen waren Sinterklaas, wij regelden de pieten, en de bewoners hadden een geweldige middag,” vertelt ze met een glimlach. Het typeert haar loopbaan: altijd nét dat beetje extra, gewoon omdat het goed voelde. “Dat deed je naast je werk.” Het was een andere tijd. “We stonden met z’n allen aardappels te schillen in de keuken. Vijftien man sterk. Eten klaarmaken, en dan weer serveren.” 

Dankbaar

Die verbondenheid mist ze soms wel. Toch is er ook iets moois voor teruggekomen. “De aandacht is nu meer gericht op de bewoner. De dagelijkse verzorging (ADL), koffie, thee, medicatie, een praatje. Er is veel meer interactie. En dat is ook waardevol.” De doelgroep waarmee ze werkte, raakte haar het meest. “Zoveel dankbaarheid. Je bouwt echt een band op. Mensen kennen je.” De bewoners zijn veranderd, net als de maatschappij. “Vroeger gingen ze allemaal naar de zaal voor koffie. Nu zeggen sommigen: ‘sla mijn deurtje maar over’. Dat is ook goed, maar het is anders.”

Als ergocoach deelt Grietje graag haar kennis en ervaring met de jongere generatie.

Doorgroeien

Ze werkte op verschillende afdelingen, draaide mee in de flexpool, deed slaapdiensten, en stond altijd klaar. Om zich te blijven ontwikkelen, volgde ze in de loop der jaren diverse opleidingen en cursussen. “Ik heb het hier altijd naar mijn zin gehad. Je kon jezelf blijven uitdagen en verdiepen. Zo houd je je werk leuk en boeiend.”

Technologie en hulpmiddelen

Hoe kijkt Grietje aan tegen de opkomst van technologie en hulpmiddelen in de zorg? “Een fantastische ontwikkeling,” zegt ze overtuigd. “Maar je moet er wel actief gebruik van maken.” In haar dagelijkse werk zijn glijlakens en tilliften standaard hulpmiddelen die niet alleen het werk verlichten, maar ook het comfort van de cliënt vergroten.

Grietje spreekt uit ervaring: ze heeft zelf rugklachten gehad en weet hoe belangrijk een goede werkhouding is. Als ergocoach deelt ze haar kennis en praktische tips met collega’s. Haar boodschap aan de jongere generatie is helder: “Werk samen, gebruik de hulpmiddelen en verdiep je in technologie – het helpt niet alleen de cliënt, maar ook jezelf.”

Vrijwilligerswerk

Nu is het bijna zover: haar afscheid. “Afgelopen vrijdag hadden we al een feestje met collega’s. Woensdag koffie met de bewoners. Donderdag is het echt zover.” Thuis wacht de fiets. “We houden van fietsen. Voor mijn afscheid kreeg ik een boek met 100 dagjes uit. Voordat we die allemaal een keer gehad hebben, zijn we al twee jaar verder", lacht ze. Puzzelen doet ze ook graag. Nee, in een gat valt ze niet. “Ik ga met plezier weer wat anders doen. Vrijwilligerswerk bijvoorbeeld. Mijn zoon wandelt met bewoners. Dat doet hij al jaren. En ik sluit me daar graag bij aan. De bewoners vragen al: ‘vind je het niet jammer om weg te gaan?’ Maar ik kom hier nog vaak genoeg op de koffie.”

Ze sluit af met een verheugende blik vooruit: “Er staat nog zoveel moois te wachten. Vrijheid, fietsen, vrienden, vrijwilligerswerk. En ik zal altijd een beetje verbonden blijven met hier. 

​Heeft u gevonden wat u zocht?

Heeft u gevonden wat u zocht?

Alle velden gemarkeerd met een * zijn verplicht.