Spring naar inhoud

Bineke geniet van haar plekje in Irenehuis

Bineke Vermet (76) woont sinds 2018 in het Irenehuis en heeft sindsdien haar eigen plekje op de tweede verdieping. “Ik ben hier graag,” vertelt ze. Hoewel ze van gezelligheid houdt, trekt ze zich graag terug op haar appartement. 

Ik ben hier graag.

Solitaire

Haar dagen vult ze met patience - of zoals het op de computer heet ‘solitaire’ - en het bijhouden van haar scores. “Ik heb boekjes vol met uitslagen,” lacht ze. Daarnaast kijkt ze graag naar detectiveseries zoals CSI en Law & Order. “Ik vind de Amerikaanse series leuker dan de Nederlandse. Maar ik kijk alleen series waarbij elke aflevering een afzonderlijk hoofdstuk is.” Series met een doorlopende verhaallijn zijn lastig voor haar. 

Natuur en kikkers

Ze begon ooit als kleuterjuf maar stopte daar na een aantal jaar mee. Na een moeilijke periode in haar leven vond ze een baan bij een bureau voor beroepskeuzetesten op scholen, hier werkte ze tot haar pensioen met veel plezier.

Terwijl de klok een mooi vogelgeluid laat horen, vertelt ze dat de liefde voor de natuur haar met de paplepel ingegoten is. “Mijn vader was secretaris van de natuurbeschermingswacht. Met hem ging ik vaak vogels spotten.” De vitrinekast aan de wand verraadt een andere hobby: het verzamelen van kikkers. “Ooit had ik er onnoemelijk  veel”. Door de verhuizing hield ze slechts een kleine selectie over. 

Zingen

Ondanks haar voorkeur voor rust, doet ze af en toe mee aan activiteiten in het Irenehuis. “Er was laatst een playbackshow en toen trad ik op als Bimico, samen met mijn zussen Mieke en Coos. We zongen een kanon, dat was erg leuk”, zo laat de goedlachse Meppelse weten. Muziek speelt ook een belangrijke rol in haar leven. “Ik houd van klassieke muziek, speelde piano en heb zelf ook veel gezongen. Ik begon al jong met zangles en zong in het koor van de muziekschool hier in Meppel. Die zat vroeger daar”, wijzend naar het gebouw dat ze vanuit haar appartement kan zien.

Huiskamer

Over de zorg in het Irenehuis is ze tevreden. “Als ik het ergens niet mee eens ben, spreek ik dat netjes uit. Maar over het algemeen gaat alles goed.” Ze merkt wel veranderingen op: “De huiskamer is nu de hele dag open. Eerst ging je alleen voor de koffie en het eten. Nu kun je er de hele dag blijven, maar dat hoeft voor mij niet. Ze waardeert de vrijheid die ze hierin heeft. “Ik kan naar mijn kamer wanneer ik wil, dat is fijn.”

Haar zussen vinden het voor de sociale interactie belangrijk dat ze in ieder geval de maaltijden op de huiskamer samen met medebewoners nuttigt. “Ik heb nog wel eens te snel mijn mond open, zeg meteen wat ik denk. Dan denk ik ‘Bineke, waarom zeg je dat nou weer’, maar ach, ze moeten me ook maar nemen zoals ik ben.” Ze gaat altijd naar de huiskamer op de begane grond. “Ik pas beter bij de mensen daar. De medebewoners van mijn eigen etage hebben meer hulp nodig. Soms vind het beangstigend om te beseffen dat ik in de toekomst ook minder wordt. Hoewel niemand kan voorspellen hoe het verloopt. Ik ben blij met elke dag dat ik hier op een fijne manier kan doorbrengen.”

​Heeft u gevonden wat u zocht?

Heeft u gevonden wat u zocht?

Alle velden gemarkeerd met een * zijn verplicht.