Esther Kroes brengt letterlijk licht in het leven van bewoners
Esther Kroes | Assistent wonen en welzijn
Ze begon 25 jaar geleden bij Noorderboog in de facilitaire dienst. "Ik begon op transport en in de schoonmaak," herinnert ze zich. "Dat was vakantiewerk, maar ik vond het zo leuk dat ik bleef hangen."
Ik doe graag iets speciaals voor de bewoners, ze reageren daar altijd heel leuk op.
Esther, nu 46 en ooit afgestudeerd in de jeugdhulpverlening, dacht aanvankelijk dat werken met ouderen niet voor haar weggelegd was, maar dat veranderde snel. "Mijn zus werkt in de ouderenzorg en ik dacht altijd dat het niets voor mij was," lacht ze. "Maar nu ik er zelf werk, zie ik hoe waardevol het is."
Een zorgfunctie leek lange tijd geen optie vanwege de jonge kinderen en haar man die vaak van huis was. In haar functie als facilitair medewerker had ze wel zijdelings contact met bewoners. "Maar ik wilde dichter bij de mensen staan." Toen in 2019 de functie van Assistent wonen & welzijn (AWW) werd gecreëerd, greep ze haar kans. "Dit was de perfecte mix waarbij je er écht voor de bewoners bent," zegt ze enthousiast. Ze werd direct aangenomen en vond haar roeping.
Hoe ziet de gemiddelde werkdag van een AWW-er eruit?
Haar werkdag begint om half twaalf of twee uur, afhankelijk van de dienst. "Als ik om half twaalf begin, start ik in de huiskamer en heb ik even een moment voor de bewoners. Daarna begin ik met het voorbereiden van de warme maaltijd en gaan we gezamenlijk eten. Ik help de bewoners die dat zelf niet kunnen." Na de lunch is er tijd voor pauze en overleg met collega's over de activiteiten van die dag.
Als er grote activiteiten zijn zoals een optreden, quiz of bingo, dan helpen we de activiteitenbegeleiders. We halen de bewoners op van hun kamer, schenken koffie en thee en begeleiden de bewoners die extra hulp nodig hebben. Als er voldoende hulp is van bijvoorbeeld vrijwilligers dan is er tijd voor een één-op-één momentje. Als het mooi weer is, gaat ze vaak wandelen met een bewoner. "Of je hebt een gesprekje met iemand op de kamer, of je gaat met iemand een puzzel doen of de krant lezen," voegt ze toe. Op de dagen dat er geen activiteitenbegeleider is, bedenkt ze samen met haar collega AWW de activiteiten.
Na de middagactiviteiten begint ze met de voorbereiding voor het avondeten. "Dan moeten de tafels weer klaargemaakt worden," zegt ze. "En tussendoor zijn er altijd nog verschillende taken die je doet, zoals de zorg assisteren. Ik werk in een fijn team en de samenwerking met mijn collega's verloopt heel prettig. Haar werkdag eindigt rond zeven uur 's avonds, na het avondeten en het opruimen. "Dan hebben we nog even een momentje met de bewoners in de huiskamer," zegt ze. "Even kletsen of een puzzeltje maken." Om te zorgen dat de collega’s de volgende dag weten wat er gebeurd is, schrijft ze aan het einde van de dienst een overdracht. "Dan weten mijn collega's wie er die dag aan de beurt is voor wat individuele aandacht."
Creativiteit
Ze is van plan dit werk nog lang te blijven doen. "Ik ben helemaal in mijn nopjes met deze baan," zegt ze. "Ik kan hier helemaal mijn creativiteit in kwijt.” Met kerst doet ze lampjes in haar haar. “Ik doe graag iets speciaals voor de bewoners, ze reageren daar altijd heel leuk op."
Elke dag is anders en vraagt om afstemming. De zorgzwaarte verandert en ze proberen steeds aan te sluiten bij de behoefte van de bewoners. "Daarom is individuele aandacht soms ook zo fijn."
“Als AWW heb je echt contact met de mensen", legt ze uit. "Ik kan me geen betere baan wensen."